Nederlandse industrie op weg naar een schone, fossielvrije koppositie dankzij slimme aanpak

Goed nieuws voor Nederland! Een duurzame industrie die geen gebruikmaakt van fossiele grond- en brandstoffen is binnen handbereik. Dit blijkt uit een verkennend onderzoek van CE Delft in opdracht van Natuur & Milieu. De resultaten van het onderzoek zijn onlangs overhandigd aan minister Micky Adriaansens van Economische Zaken en Klimaat, en dat zorgt voor enthousiasme én kritische kanttekeningen.
In het jaar 2037 is het koolstofbudget voor Nederland op, als we uitgaan van de 1,5°C klimaatdoelstelling en rekening houden met het Nederlandse aandeel in de wereldwijde uitstoot van broeikasgassen. Om binnen dat koolstofbudget te blijven, moet de uitstoot van broeikasgassen zo snel mogelijk worden gereduceerd. De energie-intensieve industrie is op dit moment verantwoordelijk voor nagenoeg 25% van de broeikasgasemissies in Nederland. Deze emissies komen voort uit intensief gebruik van aardgas, aardolie en steenkool.

Om onze klimaatdoelstellingen te behalen, is een ingrijpende verandering nodig waarbij de industrie minder energie verbruikt en minder vervuilend is. Het huidige beleid van de overheid richt zich op het verduurzamen van de bestaande industrie. Het onderzoek toont aan dat de Nederlandse industrie haar focus moet verleggen van de fossiele, energie-intensieve sector naar een nieuwe industrie die schoon kan produceren en aansluit bij de sterke punten van ons land. Natuur & Milieu doet de eerste aanbevelingen voor een slimme aanpak om deze overgang naar de schone 'industrie van morgen' te realiseren.

Het rapport 'Verkenning van een fossielvrije industrie' van CE Delft schetst een beeld van hoe de transitie naar een schone en concurrerende industrie er in 2037 uit kan zien, wanneer ons koolstofbudget is uitgeput. Volgens het rapport kan de huidige basisindustrie geleidelijk transformeren naar een schone maakindustrie. De transitie is technisch mogelijk voor 2037, maar er moet wel veel gebeuren, en snel: alternatieve technieken moeten opgeschaald worden, infrastructuur aangelegd, voldoende hernieuwbare energie en grondstoffen moeten beschikbaar worden gemaakt en installaties en fabrieken moeten worden omgebouwd. Ook is er ruimte voor recycling en industrie gericht op levensduurverlenging. Zo kunnen er bijvoorbeeld halffabricaten geïmporteerd worden voor verdere hoogwaardige productie, die minder energie-intensief is.

Deze overgang vereist een beleid dat gericht is op het ondersteunen van de ontwikkeling van deze nieuwe industrie. Met goed beleid kunnen we sturen op energiezuinige en schone productie, wat de circulaire economie stimuleert en tegelijkertijd banen voor de toekomst creëert. Een schone industrie maakt gebruik van duurzame elektriciteit uit wind en zon, groene waterstof en gerecyclede grondstoffen. Aangezien hernieuwbare energie in Nederland relatief duur is in vergelijking met landen met veel zon, kunnen we ervoor kiezen om energie-intensieve industrie buiten ons land te plaatsen, waar hernieuwbare energie overvloedig beschikbaar is. Nederland kan daarentegen profiteren van voordelen zoals hoogwaardige kennis, infrastructuur en institutionele stabiliteit. Door te kiezen voor een slimme aanpak kunnen we als winnaar uit deze transitie komen en een schone koploper in de industrie worden.

Bronnen

CE_Delft_220351_Verkenning-van-een-fossielvrije-industrie_def-.pdf
Verkenning van een fossielvrije industrie. Productie binnen het carbonbudget - CE Delft
Onderzoek: industrie kan schoon worden, maar moet flink verbouwen - Nieuws.nl
Nederlandse industrie kan schone koploper worden - MetaalNieuws, het laatste nieuws uit de Metaalbranche

Wat kunnen we voor jou betekenen?

Make some noise

Heb je vragen over een specifieke vacature? Of ben je benieuwd naar de mogelijkheden om samen te gaan werken? Blijf daar niet te lang mee rondlopen, maar stel ze direct.